Colzaco en Sonneveld

Interview Colzaco & Sonnveld

'Het is veel meer dan weer een meergranenbroodje'

20 Mei 2021 - Kimberly Bakker

Iedere supermarkt heeft vandaag de dag een versafdeling met een breed assortiment aan broodjes. Van croissants en kaneelbroodjes tot meergranenbroodjes en zogenaamde 'kampioentjes'. Het ligt er allemaal. Sonneveld en Colzaco presenteren samen een nieuwe lijn broodmixen, maar hun doel is net even anders. 'Dit is echt veel meer dan het zoveelste meergranenbroodje', vertellen de twee partijen in een interview met Foodbusiness. 'Het gaat om de productiewijze. Die is echt uniek en dat maakt de smaak bijzonder onderscheidend.'

Lees Foodbusiness 14 dagen gratis

Maak gratis én vrijblijvend 14 dagen kennis
met onze marktinformatie

Onbeperkt alles lezen?

Kies het abonnement dat het beste bij u past

  • Toegang tot alle Premium marktinformatie
  • Technische Analyse van grondstoffen en valuta
  • Inzicht in actuele prijzen en noteringen
Voordeligste keuze
Heeft u een tip, suggestie of opmerking naar aanleiding van dit artikel? Laat het ons weten

Koolzaadvereniging Colzaco telt circa 120 leden, waarvan het merendeel agrarisch ondernemer is, heeft de missie om meerwaarde te genereren aan de koolzaadteelt. "Dat willen we niet alleen op teelttechnisch gebied doen, maar ook aan de verkoopkant. "Wat kunnen we doen met de producten die we van koolzaad maken? Dat is de vraag die we onszelf elke keer stellen", vertelt voorzitter Erik Schieven. Hij bewaakt die post nu een jaar of vier en ziet het inmiddels als een hobby. "Ik vind het prachtig als ik de bloeiende velden zie. Als raadslid in de gemeente hoor ik dat ook van collega's. Dat ze zouden willen dat heel Nederland er zo uitzag. Dan zeg ik altijd: Dat kan, maar dan moeten we meer betalen voor ons voedsel. De teelt is immers niet echt rendabel."

Die meerwaarde creëren dat doet het samen met Sonneveld. Het familiebedrijf – opgericht in 1965 door Geert Sonneveld – ontwikkelt, produceert en verkoop brood- en banketmixen/poeders. "Daarnaast delen we graag kennis over de processen in de Nederlandse bakkerijsector. We zijn altijd op zoek naar nieuwe ontwikkelingen en processen. De samenwerking met Colzaco is daar een prachtig voorbeeld van", licht Erik Ligtenberg, key accountmanager van Sonneveld, toe.

Samenwerken
Bij de vraag hoe de samenwerking is ontstaan, blijft het even kort stil. Het antwoord is lastig. Ligtenberg: "Ik moet even goed nadenken, maar volgens mij is dat via-via-via gegaan. Duidelijk is wel dat FoodAtelier uit Enschede daar een groot aandeel in heeft gehad." Dat bedrijf denkt conceptmatig mee over de ontwikkeling van nieuwe voedingsmiddelen. Het heeft zowel retailpartijen als producentenpartijen in het netwerk. "Zij waren volgens mij al wel bezig met Brassica-olie, een merk van Colzaco", licht Ligtenberg toe. Schieven vult aan: "Dat klopt inderdaad. Zij zijn voor ons een aanspreekpartner. Ik spar met hun veel over de marketing en aangezien we geen verkoper in dienst hebben, doen ze ook een klein commercieel stukje voor ons."

Conceptmatig denken, daar komt de samenwerking volgens de beide partijen dus vooral vandaan. "We kenden elkaar nog niet. Althans, ik had zelf nog nooit gehoord van Sonneveld", zo vertelt Schieven. Ligtenberg: "Dat klopt, haha. FoodAtelier heeft ons dus echt aan elkaar gekoppeld en ik zag er vervolgens letterlijk en figuurlijk wel brood in. Ik houd er ook wel van als dit soort zaken buiten de gebaande paden om gaan", vult Ligtenberg aan.

Een concreet product is er nog niet. De samenwerking staat nog in de kinderschoenen. Schieven: "We zijn druk bezig met de ontwikkeling, maar je moet – zoals het hoort – wel eerst partijen hebben die het product willen afnemen. In de agrarische sector gaat dat soms verkeerd. Dan wordt eerst een product geteeld en komen ze er dan achter dat er geen afzet is. Dat willen we niet." De bedoeling is dat Colzaco het gries gaat leveren en Sonneveld neemt de productie en verkoop op zich. Ligtenberg: "Wij zitten inderdaad aan de ontwikkelingskant. We hebben een grondstof en we kunnen daar brood van ontwikkelen. Daarna begint bij ons pas echt het spel: de pitch bij de twee grote bakkerij-organisaties in Nederland."

De productiewijze is uniek
Dit soort trajecten duren lang, van maanden tot soms wel jaren. "Maar ik heb er veel vertrouwen in. Het is, vooral binnen bakkend Nederland, echt een uniek product. Ieder chiazaadje of boekweitzaadje hebben we inmiddels al drie keer omgedraaid. Daar is niets nieuws meer aan. Koolzaad kennen we al wel als olie, maar de manier waarop we het nu toepassen is uniek. Het is dichtbij en regionaal." Schieven vult dat aan: "Daarvoor moeten we toch eerst nog even terug naar dat puntje 'samenwerking'. Het is een directe samenwerking, één op één. Dat vind ik de mooiste samenwerkingen en het gaat ook het snelste. We hebben geen subsidies nodig, alleen elkaar."

Het bijzondere aspect, waar Ligtenberg, over sprak, is het feit dat het koolzaad vanuit Colzaco koud geperst en gepeld wordt aangeleverd. "Dat kennen we niet, dat is echt onderscheidend. Ook qua smaak zorgt dat veel een heel eigen karakter. Wij gaan er verder ook niet meer mee doen dan: bloem, water, gist, dit gries en een klein beetje broodverbeteraar. Het is dusdanig uniek, dat het niet te beschrijven is als het zoveelste meergranenbroodje."

Schieven: "Doorgaans wordt het koolzaad onder hoge druk geperst en wordt er van alles bijgedaan. Dat doen we niet. Dat maakt ons dus uniek: koud persen en schillen. Het product wordt anders vak smaak, veel neutraler. Wat mij betreft ook een stuk beter, minder bitter. Daarnaast is het een volledig regionaal proces. Het koolzaad komt uit deze regio (Schalkhaar, bij Deventer) en we werken samen met een oliemolen in Duitsland, bijna om de hoek hier. Laat nog wel even duidelijk zijn; het is geen schroot, maar echt eiwit."

'Dit is wat de consument wil'
En laat dat nou precies zijn wat de consument wil. Maar het betekent vaak ook dat de prijs hoger ligt én dat is iets wat voor veel bedrijven toch een uitdaging blijft. Dat erkennen Schieven en Ligtenberg ook. "De consument heeft het telkens over al die eisen: van circulaire landbouw tot regionale teelt. Dit product zou dus een schoolvoorbeeld kunnen zijn van hoe zij de landbouw in Nederland willen zien. Maar in de supermarkt beslissen ze vaak anders. De consument heeft dan een andere pet op dan de burger. En dan kiezen ze toch voor dat product met geïmporteerd soja-eiwit uit Verweggistan. Dat is niet duurzaam. Die bewustwording landt bij burgers, maar nog niet bij de consument. Dat is een uitdaging."

Ligtenberg: "Het verhaal is daardoor ook van groot belang. Je moeten echt duidelijk laten zien wat jouw product onderscheidend maakt. In ons geval is dat: lokaal geteeld, koud geperst en zonder schil (en dus zonder bitterheid). Dat is de USP van het product. Op het moment dat de bakkerij of retailer dat verhaal niet goed over kan brengen naar de consument, dan zal die het ook niet kopen. Uiteindelijk beslissen we namelijk allemaal met onze portemonnee en wordt het toch dat broodje met blauw maanzaad uit Verweggistan."

Overigens is het niet waarschijnlijk dat het product straks direct overal te verkrijgen is. "We beperken ons eerst tot die grote bakkerij-organisaties. De start zal dan hoogstwaarschijnlijk bij Deen zijn, maar dat is niet aan ons. Dat bepaalt de retailer. Onze missie is natuurlijk wel om het aan iedere retailer aan te bieden. Wat mij betreft komt het dan over een paar jaar overal terecht", sluit Ligtenberg af.

Bel met onze klantenservice 0320 - 343 368

of mail naar support@foodbusiness.nl

wilt u ons volgen?

Ontvang onze gratis Nieuwsbrief

Elke dag actuele marktinformatie in uw inbox

Aanmelden