De stemming op de GDT-veiling blijft gedrukt. De veiling-index kwam deze week voor de vijfde keer op rij in de min. Slechts één product noteerde hogere prijzen. Wel was het totale aanbod ditmaal iets kleiner dan op de vorige veiling, maar het lijkt te vroeg om te zeggen dat de aanvoerpiek nu is gepasseerd.
In een zeldzaam moment van verwarring noteerde de GDT in eerste instantie een hogere index, maar dit was het gevolg van een technisch probleem, dat later werd verholpen. De index daalde met 1,4%, het totale aanbod dat voor de klok kwam, was bijna 1.400 ton kleiner dan twee weken geleden.
{{dataviewSnapshot(46_1761120304)}}
Met een totaal volume van 40.621 ton was er evenwel nog steeds een groot aanbod dat van eigenaar wisselde. De hoofdproducten - volle en magere melkpoeders - zagen de prijzen nog altijd gematigd onder druk staan. Ook voor boter en voor cheddar werden lichte prijsdalingen genoteerd.
De grote 'bloeder' was evenwel opnieuw cheddar. De gemiddelde verkoopprijs daarvan daalde met 5,3% en kwam uit op een prijs van €2.771 per ton. Dat zal de druk op de markt als geheel verder vergroten, met name in Europa.
{{dataviewSnapshot(46_1761120703)}}
AMF omhoog
De prijs van AMF/boterolie ging als enige omhoog, en wel met 1,5%. Voor de Europese markt heeft het vooralsnog weinig betekenis, want een prijs van omgerekend €6.039 per ton is voor die markt nog steeds vrij laag.
Opmerkelijk is wel dat Europese boter op de GDT aanzienlijk goedkoper wordt verkocht dan Nieuw-Zeelands product. Er gaapt een prijsverschil van been kleine €800 per ton. Nieuw-Zeelands product hoeft de Europese botermarkt dus niet meer onder druk te zetten. Amerikaans product is nog wel steeds goedkoper dan EU-boter.
