De productieproblemen bij Arla in Nijkerk tonen aan dat het leveren van elke dag verse zuivel van hoge kwaliteit geen vanzelfsprekendheid is. Bovendien blijkt er uit dat een kink in de kabel bij nauw op elkaar afgestemde productieketens er zo maar een domino-effect kan ontstaan.
Zodra de eerste signalen binnenkwamen bij Arla over houdbaarheidsproblemen bij melk begon het grote zoeken. Was er soms iets niet in de haak met de aangeleverde melk? De leveranciers daarvan werden dus ook aangesproken, maar dat leverde niets op. De melk voldeed steeds aan alle kwaliteitseisen. Bij andere klanten van deze melkleveranciers werden bovendien geen kwaliteitsproblemen geconstateerd. Alleen Arla Nijkerk zat er mee. Producten uit die fabriek (onder eigen Arla merk en zoete zuivel onder het Albert Heijn huismerk) waren minder lang houdbaar. Sommige leveranciers vonden het zelfs nodig om hun eigen boeren gerust te stellen, want de problemen in de supermarkten veroorzaakten toch onrust en zorg.
Dieper in de fabriek
Bij de zuivelverwerker in Nijkerk werden vervolgens alle ogen gericht op de installaties dieper in de fabriek. Het zoeken naar de bron van alle ellende, vermoedelijk toch een bacteriële besmetting, is geen kleinigheid en had grote gevolgen voor de productie. De productie in de fabriek met een verwerkingscapaciteit van 1 miljoen kilo per dag moest drastisch worden teruggeschroefd. Dat was nodig, want heel veel leidingen moesten worden nagekeken. Voor een zuivelfabriek is dat een nachtmerriescenario, maar kwaliteit mag nooit ter discussie komen te staan, zegt directeur Boot in een korte reactie. Arla hoopt begin volgende week meer te kunnen zeggen over de oorzaak.
Geen restcapaciteit achter de hand
De lagere dagproductie bij Arla heeft ondertussen stevige gevolgen voor de bevoorrading van winkels met verse zuivel. De capaciteit van de verschillende Nederlandse producenten van dagverse zuivel (FrieslandCampina, Arla, Farm Dairy, Katshaar/A-ware en Veco Zuivel) is zo efficiënt benut en zo op elkaar afgestemd dat elke verstoring van deze balans vrijwel direct ook leidt tot problemen bij de andere bedrijven. Niemand heeft echte overcapaciteit achter de hand, want dat is te duur en daar zijn de marges in de sector te klein voor. Grote verwerkers mogen gewoon niet uitvallen, tenzij het echt niet anders kan.