De noteringen voor kaas, en dan vooral voor gele kaas, lopen deze week verder op in een overigens rustige markt. De zuivelhandel draait nog in vakantiemodus. Dit maakt dat aan de bewegingen die nu zichtbaar zijn - omlaag of omhoog - niet te veel gewicht moet worden toegekend. Het echte werk begint weer in september.
Het was te verwachten geweest dat de kaasprijzen mee zouden dalen met de overige zuivelprijzen. Maar kennelijk zijn kopers te afwachtend geweest en hebben ze zich vóór de zomer onvoldoende ingedekt. Nu moet worden bijgekocht, en dat is extra duur. De vraag die er nu is, is namelijk deels nog voor levering op korte termijn. Kaasproducenten maken gebruik van deze situatie door hun prijzen te verhogen, wat niet verbaast, want ook zij moeten zich aanpassen.
Hoewel het vooral de gele kazen zijn, profiteert ook mozzarella licht van de aantrekkende vraag. Hier plust de prijs ook iets bij. Aan de cheddarproducenten gaat de aantrekkende vraag vooralsnog voorbij.
De boterprijs is vergeleken bij de bewegingen van de andere grote producten opvallend stabiel. Er is wel enige verandering, maar eigenlijk marginaal. Europese boter is duidelijk hoger geprijsd dan op de wereldmarkt, bijvoorbeeld bijna €2.000 per ton duurder dan in Nieuw-Zeeland. Toch lijken er niet veel bedreigingen te zijn voor de boterprijs. De vraag stort vooralsnog niet in, er is geen kopersstaking, maar er is integendeel nog steeds sprake van een tekort, vooral op de Franse markt.
De prijzen voor rauwe melk vertonen een uiteenlopende ontwikkeling. In Nederland zijn ze licht zwakker, net als in Noord-Duitsland, terwijl ze in Zuid-Duitsland oplopen. Dat is bij nadere beschouwing niet gek, want hoe zuidelijker in Europa, hoe meer het effect van de aanhoudende droogte wordt gevoeld. In het zuiden loopt de melkaanvoer het hardste terug. Dat is ook de reden waarom er vanuit bijvoorbeeld Zuid-Duitsland weer steeds meer zuivel de Alpen over gaat naar Italië.