De plussen die er in de voorbije weken waren te noteren op de zuivelmarkt houden niet aan. Vooral een sterke verdere prijsval bij room en ook boter hakt erin. De DCA-notering voor room gaat deze week met 8,4% omlaag, wat goed is voor een daling van €490 per ton droge stof. De boternotering volgt met een daling van 6,4%
De prijsdalingen blijven niet beperkt tot het melkvet. Ook de notering voor magere melkconcentraat daalt, zij het met 'slechts' 4,1% naar €1.400 per ton.
De noteringen voor rauwe melk zakken ook weg, met name in Noord- en Midden-Duitsland. Daar wordt spotmelk aangeboden tot soms ver onder de 25 cent.
Weerstand room lijkt gebroken
De DCA-roomnotering voor deze week zakt naar €5.325 per ton, maar er zijn ook genoeg partijen room voor een nog lagere prijs verhandeld, tot niveaus van ongeveer €5.000 per ton.
Deze prijsdalingen zijn enorm, te meer omdat room dit jaar telkens het product was dat de meeste weerstand bood tegen alle prijsdruk die er was.
De boternotering is gedaald naar €4.475, maar ook hier is op nog lagere niveaus gehandeld, onder meer door extra goedkoop aanbod uit Polen, Ierland en ook de VS.
Een aantal partijen verwacht dat de boterprijs voor het eind van het jaar niet meer met een 4 begint. Het is een prognose waar melkveehouders niet blij van worden, maar er is dit jaar wel uitzonderlijk veel geproduceerd vanwege tal van meewerkende omstandigheden en dat heeft geresulteerd in een aanbiedersmarkt.
Korte en langere termijn kaasmarkt
De kaasmarkt voelt ook een beetje zwakker aan, maar voor product met levering op korte termijn houden de prijzen nog redelijk stand. Moeilijker wordt het voor product dat na de jaarwisseling moet worden geleverd. Hiervan staan de prijzen verder onder druk. Veel producenten hebben trouwens al aardig wat product verkocht voor het eerste kwartaal van het nieuwe jaar, wat eigenlijk ook logisch is. Bedrijven hebben ook behoefte aan enige zekerheid, al is die misschien niet zoals ze zouden willen.
Op de poedermarkt is het beeld niet uniform. Bij de melkpoeders blijven de prijzen iets verzwakken. Dit is duidelijker te zien bij volle melkpoeder dan bij magere melkpoeders. Maar al zijn de prijzen vrij zwak, in de voorbije weken is wel behoorlijk wat melkpoeder geëxporteerd, en dat helpt om wat van de opgebouwde voorraden kwijt te raken.
Lange tijd kon er zo goed als niets worden geëxporteerd, omdat Europa te duur was voor de wereldmarkt. Nu is dat niet meer zo, de prijs van de verbeterde concurrentiepositie is dat er weinig of niets wordt verdiend met de export. In voorraad houden van het poeder is evenwel ook kostbaar.
Dure WPC's
Bij de weipoeders daarentegen ziet de markt er heel wat positiever uit. Dat komt vooral door de aanhoudend sterke vraag naar de hoge WPC's, die een onmisbaar ingrediënt zijn voor de vele 'hi-protein' drankjes en zuiveltjes die in Westerse landen en masse over de toonbank gaan. De nieuwe prijs voor WPC-80 voor het eerste kwartaal van 2026 ligt, afhankelijk van de precieze kwaliteit, tussen de €12.000 en €13.000 per ton en een goede vraag is er vanuit zowel Europa zelf als de VS.
Deze eiwithonger maakt ook dat de gewone (platte) weipoeders in prijs stijgen, al was het alleen maar omdat er steeds minder van gemaakt wordt en de voorraden dus slinken.
Bij veel zuivelbedrijven zijn de hoge wei-eiwitten zelfs het ingrediënt die de kaasproductie nog een beetje rendabel maken, want met de huidige kaasprijzen alleen is het heel erg moeilijk, zo niet onmogelijk om nog melkprijzen van ruim boven de €40 per 100 kilo te betalen.