Na een sterke terugval in mei hebben de Verenigde Staten in juni weer veel meer zuivelproducten uitgevoerd. De tarievenpauze met China geeft de export duidelijk een boost. Daarbij valt op dat Nederland flink meer Amerikaanse boter heeft geïmporteerd.
Ten opzichte van dezelfde maand een jaar geleden steeg de export met 15% tot bijna 220.000 ton. Een maand eerder daalde de afzet nog met 5%, voornamelijk door geruzie met China over handelstarieven. Halverwege mei bereikten de VS en China een akkoord voor een pauze in het verhogen van de handelstarieven. Hierop keerde de Chinese vraag naar Amerikaanse zuivelproducten terug.
De afzet van basisweipoeder naar China, in de VS aangeduid als 'low protein whey' steeg in juni met 16% tot 6.190 ton. Een maand eerder was de export nog met 33% gedaald. In Lactose is een vergelijkbaar patroon zichtbaar. De afzet steeg in juni met 14% tot 5.442 ton, terwijl in mei een daling van 42% was gerapporteerd door de Amerikaanse federatie van zuivelexport (USDEC). De toename in juni valt vermoedelijk extra groot uit doordat (Chinese) importeurs frontloading toepassen. Op 12 augustus stopt de tarievenpauze tussen de VS en China. Omdat er nog geen deal is, wordt de deadline vermoedelijk opgerekt.
De Amerikaanse exportfederatie zegt dat kaas de ster blijft van de zuivelexport. De export steeg in juni met 34% tot 13.347 ton. Daarmee werd het recordvolume opnieuw overtroffen. In de eerste zes maanden steeg de kaasexport met 12% tot 294.000 ton. Voor alle fabricaten waren in juni hogere uitvoervolumes zichtbaar, behalve voor magere melkpoeder.
Nederland importeert massaal boter uit VS
Ook de Amerikaanse boterexport gooit hoge ogen. In juni verdubbelde de afzet tot circa 6.000 ton vergeleken met dezelfde periode vorig jaar. De toename is opvallend omdat Canada, dat vanouds de belangrijkste afzetmarkt is, minder volume importeert. Andere bestemmingen zijn flink meer in trek. USDEC noemt hierbij specifiek Nederland dat in juni 593 ton importeerde, wat gelijk staat aan ongeveer 5% van de historische Nederlandse boterproductie in die maand.
Vermoedelijk zijn deze importen het werk van handelshuizen die op de Amerikaanse markt goedkope boter opkopen en hiernaartoe halen. Normaal gesproken stelt de Nederlandse import weinig tot niets voor. Vorig jaar in juni ging er slechts 2 ton Amerikaanse boter naar heel Europa.
Amerikaanse boter is sinds vorig jaar oktober flink goedkoper dan Nederlandse. Omgerekend was het prijsverschil in juni bijna $3.500 per ton. Sindsdien is de Europese importstroom op gang gekomen die vooral door Nederland wordt vormgegeven. Dergelijke grote prijsverschillen zijn zeldzaam en daarmee zijn de vrachtkosten snel terugverdiend. Intussen is het prijsverschil iets teruggelopen, maar is nog steeds sprake van een grote prijskloof. Vermoedelijk blijven handelshuizen daarmee voorlopig nog Amerikaanse boter importeren.