Hoofdproduct volle melkpoeder heeft de eerste GDT-veiling van augustus aan een klein plusje geholpen, al was de gemiddeld betaalde prijs ditmaal iets lager dan twee weken geleden. Ongetwijfeld speelt daarbij mee dat het volume dat voor de klok kwam ook bijna dubbel zo groot was.
Met de nu weer gedaalde, gemiddeld betaalde prijs lijkt een soort jojo-beeld te ontstaan: nu eens gaat de prijs een beetje omhoog, dan weer omlaag. Het weerspiegelt eigenlijk de situatie op de internationale melkpoederpoedermarkt heel goed, hoewel ook de kaasprijzen in de voorbije tijd aardig hebben geschommeld.
Overigens is de gemiddelde GDT-prijs dit jaar nog steeds boven het niveau van de voorgaande twee jaren.
Eén duidelijke richting is er ondertussen nog steeds niet aan te geven wanneer het gaat om de afzonderlijke producten die werden aangeboden. Naast volle melkpoeder (+2,1%) noteerde ook boterolie een plusje (+1,2%) en magere melkpoeder kreeg een minimaal zetje omhoog (+0,4%). Boter daarentegen zorgde met een min van 3,8% voor de wildste beweging, in dit geval dus omlaag.
Het levert wel het interessante beeld op dat boterolie (AMF) en boter qua prijs steeds verder naar elkaar toe schuiven en nog maar $133 per ton uit elkaar liggen. Bovendien is boterolie goedkoper dan boter. In Europa is de situatie andersom, maar in Nieuw-Zeeland bestaat de situatie als sinds begin van 2025.
Nu het nieuwe productieseizoen al weer een tijdje is begonnen, loopt het verhandelde volume snel op. Er is duidelijk meer aanbod. Op de vorige veiling werd ruim 24.000 ton product verhandeld, ditmaal werd meer dan 37.000 ton verkocht.
