De Noord-Europese eiermarkt blijft zeer krap. Terwijl de Duitse prijzen een stap omhoog zetten, is de prijs in Nederland gedaald. Het gebruikelijke seizoenspatroon, waarbij de prijs van eieren in de zomer een flinke stap omlaag zet, laat op zich wachten. Ondertussen neemt de import uit kleine eiermarkten door de schaarste toe.
De Noord-Europese eierprijzen bewegen weer naar elkaar toe. De Duitse prijs heeft in week 23 een stapje omhoog gezet. De prijs voor 100 scharreleieren van maat M is gestegen tot €16,55 per kilo. Daarmee volgt het land de koers van Nederland twee weken eerder. Daar staat de prijs juist weer onder druk. De Nederlandse eierprijs daalde sinds week 22 met 15 cent tot €17,60 per kilo.
De hogere Duitse prijzen zijn het gevolg van de grotere vraag rond Pinksteren. In Duitsland groeit rond Pinksteren de vraag naar eieren altijd licht. Op deze feestdag worden in het land vooral extra bakwaren geconsumeerd en daarnaast is de brunch (waarbij eieren vaak een hoofdrol spelen) populair. In de regel zorgt de extra vraag niet voor een stijging, maar remt zij de daling. Dat is een klein aspect van een breder seizoenspatroon. Richting Pasen stijgt de eierprijs doorgaans, om daarna langzaam te dalen. In de zomervakantie zetten de Noord-Europese prijzen vervolgens een forse stap omlaag, aangezien continu zo'n 10% van de bevolking voor vakanties naar Zuid-Europa vertrekt.
Dit jaar lijkt dat seizoenspatroon nog niet echt zichtbaar. De prijzen zijn wel gedaald, maar nog zeker niet zo stevig als je zou verwachten. In het meest vergelijkbare jaar, 2023, toen sprake was van een nog forsere besmetting met vogelgriep (AI), daalden de prijzen op de eiermarkt richting de zomervakantie juist extra sterk. Tot nu toe is daar dit jaar nog geen sprake van.
Een belangrijke reden hiervoor is een grotere vraag naar tafeleieren. Die vraag neemt structureel toe en is met name sterker in de zomer. Traditioneel eten mensen in de zomer juist veel minder eieren en producten waarin eieren zijn verwerkt. Daarnaast blijft de vraag naar (hoog)bewerkte voeding toenemen. In dergelijke producten worden veel eieren verwerkt, waardoor ook de industriële vraag een duidelijke stap omhoog zet. Dit biedt de industrie de mogelijkheid om flink wat eieren in te slaan en te verwerken tot houdbare producten, zoals poeders. Dit jaar blijven de prijzen echter hoog, waardoor de industrie besluit af te wachten en enkel in te kopen wat ze direct kan verwerken.
Om aan de grotere vraag te voldoen, kiezen legveehouders ervoor hun kippen later te laten slachten. In de afgelopen tien jaar is de duur van een ronde al gestegen van ongeveer 70 weken naar circa 100 weken. Sinds dit jaar rekken legveehouders deze termijn steeds vaker verder op. Dit zorgt voor een hogere productie, maar komt de kwaliteit van de eieren niet altijd ten goede.
Veranderende import
De krapte op de markt zorgt ervoor dat handelsstromen anders worden ingericht. In Noord-Europa worden steeds meer eieren uit kleinere markten geïmporteerd. Zo worden in alternatieve kanalen, zoals Turkse supermarkten en op markten die zich veelal richten op kooi-eieren, eieren verkocht uit landen zoals Slowakije. Per land gaat het om kleine volumes. Zo steeg de export van Slowaakse eieren naar Duitsland vorig jaar met 493%, van 2.951 ton in 2023 naar 17.497 ton in 2024. Wel laat de groei zien dat handelaren door de krapte creatiever worden
