De Europese rundveemarkt beweegt momenteel overwegend zijwaarts. De veeprijzen zijn inmiddels zo hoog dat er weinig ruimte is voor verdere stijging. In heel Europa blijven snippers het populairste product, al neemt de vraag naar biefstukdelen in Zuid-Europa de laatste weken weer toe.
Op de Europese markt heerst relatieve stabiliteit. In Duitsland zet de prijs een stap omhoog, maar in de andere grote markten zijn de dalingen beperkt of is er sprake van stabiliteit. In Duitsland is de prijs van runderen van alle kwaliteiten met 5 cent gestegen. Volgens de VEZG-notering worden koeien van R3-kwaliteit voor €6,45 per kilo verhandeld.
De meest recente Ierse notering dateert uit week 20. De prijs stijgt met 1 cent ten opzichte van de week ervoor, naar €7,56 per kilo voor stieren van R-kwaliteit. Daarmee herstelt de prijs zich weer tot het niveau van eind april. De Nederlandse notering van Vee & Logistiek blijft, na de stijging van vorige week, onveranderd. De R-kwaliteit blijft staan op €6,50 per kilo. Ook de Spaanse prijzen voor vleeskoeien van R-kwaliteit blijven stabiel, op €6,95 per kilo.
Stabiliteit in vee en vlees
In de markt zijn handelaren het er redelijk over eens dat de stabiliteit van de noteringen de situatie goed weerspiegelt. De prijsverhogingen op de veemarkten lijken voorlopig hun einde te naderen. Hoewel de krapte vooralsnog aanhoudt, ebt het enthousiasme om meer vee aan te trekken door middel van prijsverhogingen in vrijwel heel Europa weg. Rundveehandelaren geven aan dat het beeld op de vleesmarkten zeer vergelijkbaar is. De prijzen stijgen slechts mondjesmaat en ook daar lijken de verhogingen op zijn eind te lopen.
Snippers blijven op de Europese markt duidelijk het sterproduct, met prijzen rond de €8 per kilo in vrijwel heel Europa. De prijzen houden stand, maar vertonen vanwege het hoge niveau weinig opwaarts momentum. In Noord-Europa verkopen biefstukken redelijk goed. In de lagere kwaliteitscategorieën wordt her en der een daling genoteerd, maar biefstukken van hoge kwaliteit, afkomstig van luxe vleesrunderen, evenals de meest chique onderdelen zoals hazen en entrecotes, verkopen goed.
Opmerkelijk is dat bavette, ondanks de krapte op de markt, in Noord-Europa niet zo goed verkoopt. De hype rond dit goedkopere alternatief lijkt af te nemen nu de prijs is opgetrokken richting die van traditioneel populaire delen zoals biefstuk. Sukade blijft ondertussen, in ieder geval in het Noorden, vooral bestemd voor de gehaktmolen.
Zuid-Europese vraag naar biefstuk is sterk
In Zuid-Europa is het beeld enigszins anders. In Spanje en Italië stegen de prijzen van 'voorvlees' de afgelopen periode sterker dan die van 'achtervlees'. In Italië bijvoorbeeld nam de prijs van voorvlees het afgelopen jaar met 62,8% toe, terwijl achtervlees in dezelfde periode met 38,8% steeg. De laatste weken zitten echter juist producten als biefstukken in de lift. Sinds begin mei is de prijs van achtervlees met 5,98% gestegen, terwijl de prijs van voorvlees in diezelfde periode stabiel bleef.
Dit beeld past bij de tijd van het jaar. In de zomer stijgen de prijzen doordat de terrassen opengaan en het aantal restaurantbezoeken toeneemt. Tijdens de zomervakantie zorgt dit voor extra vraag vanuit de lokale bevolking. Daar komt bij dat de markt zich inmiddels voorbereidt op het toeristenseizoen. In de zomer trekken Noord-Europeanen massaal naar het Zuiden, wat de horecavraag verder aanjaagt.
Frankrijk volgt Zuid-Europa
In Frankrijk is een vergelijkbaar patroon zichtbaar. Uit gegevens van de Franse landbouworganisatie RNM blijkt dat met name de luxere biefstukdelen over het algemeen goed presteren. Zo steeg de prijs van entrecote met 15 cent naar €18,15 per kilo. De prijs van ossenhaas nam met 25 cent toe tot €25,35 per kilo. In enkele opzichten wijkt Frankrijk echter af. Zo loopt de verkoop van bavette, met een stijging van 40 cent, opvallend goed. Daarnaast laat ook de sukadelap een plus van 10 cent zien.