Joost Derks

In Canada gaat de beleidsrente morgen voor de derde keer binnen een half jaar een tandje lager. De Canadese dollar staat dan ook behoorlijk onder druk. Maar daar kan later dit jaar verandering in komen, als andere centrale banken het rentevoorbeeld volgen.

Het Britse pond herstelt zich van de tik die de munt na een renteverlaging begin augustus kreeg. Valutamarkten verwachten dat de Bank of England (BoE) voorlopig pas op de plaats maakt. Of sorteert voorzitter Andrew Bailey stiekem voor op een renteverlaging?

In de aanloop naar de Amerikaanse presidentsverkiezingen komen er wat haarscheurtjes in de economische groeimotor van de Verenigde Staten. De centrale bank ontkomt er niet aan om de beleidsrente – en indirect ook de dollar – een tandje lager te zetten.

Aan het begin van 2024 leek het een kwestie van tijd voordat de Amerikaanse beleidsrente een daling ging inzetten. Inmiddels lijkt het erop dat de eerste renteverlaging pas in september komt. Na een sterk eerste halfjaar, kan de dollar straks dan toch wat onder druk komen te staan.

Terwijl centrale banken overal ter wereld de rente verlagen, gaat de Bank of Japan later dit jaar het belangrijkste tarief juist verhogen. Het is een kwestie van tijd voordat valutahandelaren gaan voorsorteren op een beleidsomslag in het Aziatische land.

Na een glijvlucht in het voorjaar maken de Zweedse en Noorse kroon de afgelopen weken een pas op de plaats. De kans is echter groot dat de Scandinavische munten een nieuwe stap terugdoen als de politieke onzekerheid in Frankrijk straks optrekt.

In het Verenigd Koninkrijk wordt morgen een nieuw Lagerhuis gekozen. Juist omdat het al zo goed als vaststaat dat Labour het stokje overneemt van de Conservatieve Partij, is het op valutamarkten opvallend rustig rondom het pond.

Op het EK hebben Oost-Europese landen nog geen grote indruk kunnen maken. Dat geldt de afgelopen maanden ook voor de valuta's van onder meer Polen, Tsjechië en Hongarije. De economische cijfers van komende week kunnen daar verandering in brengen.