De olieprijs heeft deze week een flinke stap omhoog gezet. Nadat OPEC+ hun olieproductie terugschroefde steeg de prijs van Brentolie met ruim $6. De verwachting is dat de prijs nog wat verder stijgt, maar door tegenvallend nieuws over de Amerikaanse economie lijkt de prijsstijging op het moment even gepauzeerd.
Op 30 maart werd Brent-olie voor $78,60 per vat verhandeld. Daarna steeg de olieprijs in slechts vier dagen tijd met ruim 8%. Op maandag 3 april dat moment stond de Brent-notering op $84,93. Vervolgens bleef de prijs twee dagen lang zo goed als stabiel. Op woensdag 5 april noteerde olie de hoogste prijs van de week bij een stand van $84,99. Op het moment van schrijven (donderdag 6 april) daalt de olieprijs weer licht.
De prijsstijging van deze week is het directe gevolg van het besluit van oliekartel Opec+ om de olieproductie met 1,16 miljoen vaten per dag terug te schroeven. Het besluit kwam voor analisten als een verrassing. De wereldwijde olieproductie ligt namelijk al sinds de herfst van 2022 op een laag niveau. In oktober besloot het kartel de olieproductie met 2 miljoen vaten terug te schroeven. Daarmee daalde de wereldwijde olieproductie al met zo'n 2%.
Hoewel de olieprijs door de recente bankencrisis op een laag niveau staat, heerst het sentiment dat de olieprijs op de lange termijn flink gaat stijgen. Door de opening van de Chinese economie neemt de olievraag in het Aziatische land in 2023 stevig toe, zo voorspellen analisten van kredietbeoordelaars en zakenbanken. In de markt heerste voor de beslissing van het oliekartel al de verwachting dat de vraag in de tweede helft van 2023 groter is dan het aanbod.
De Saudische minister van Energie Abdulaziz bin Salman Al Saud geeft aan dat de productiedaling is ingezet om de oliemarkt te stabiliseren. Daarmee doelt de minister op het herstel van de prijzen op de middellange termijn. Na de bankencrisis stelden verschillende prominente organisaties hun prijsverwachtingen voor de tweede helft van 2023 bij van $100 naar rond de $94. Op het moment heerst de verwachting dat de strategie effectief zal zijn. Analisten schatten in dat de olieprijs door de productieverlaging met ongeveer $10 toeneemt.
Prijsstijging loopt deuk op
Zo ver is het overigens nog niet; na een stijging van ruim $6 vlakte de olieprijs af en op het moment is er zelfs sprake van een kleine min. Wederom liggen tegenvallende resultaten van de Amerikaanse economie aan de daling ten grondslag. De resultaten van de Amerikaanse diensteneconomie zijn in maart sterker gedaald dan verwacht. De dienstensector kromp in die maand met maar liefst 8%.
Al wordt dit negatieve resultaat wel iets getemperd door nieuws over de olievoorraden. De Amerikaanse commerciële voorraden daalden een stuk sneller dan de markt verwachtte. Uit een enquête van Reuters bleek dat de markt verwachtte dat de oliereserves met 2,2 miljoen vaten zouden afnemen, maar volgens de Amerikaanse overheid daalde de commerciële olievoorraad met 3,7 miljoen vaten.
De dieselprijs trok zich weinig van de stijgende olieprijs aan. Tussen 31 maart en 2 april werd diesel voor €117,80 per 100 liter verhandeld. Op maandag 3 april bewoog de dieselmarkt nog met de olieprijs mee. De dieselprijs opende die dag flink hoger, bij een stand van €121,05. Daarna daalde de prijs. Op 5 april was de prijs van 100 liter diesel nog slechts €116,56, de laagste prijs sinds 6 december 2021.
