De tarwemarkt zit wederom in een neergaande trend. Relatief veel aanbod van goedkope tarwe uit Rusland werkt als een deksel op de markt, al blijft de export vanuit Oekraïne wel een grote onzekere factor. Soja en maïs bewegen zijwaarts. Spelers hebben moeite de ontwikkelingen in Zuid-Amerika in te schatten.
Het maartcontract voor tarwe op de Matif leverde gisteren €2,75 in en sloot daarmee op €293,75 per ton. Ook op de CBoT zakte de tarwenotering met 0,6% naar $7.65 per bushel. Maïs bewoog zo goed als zijwaarts op de Amerikaanse beurs en sloot met de kleinst mogelijke stap ($0.25) lager op $6.76 per bushel. Ook de sojaprijs kwam nauwelijks van zijn plek en kwam op $15.26½ per bushel uit.
Het wel of niet verlengen van de graandeal dat volgende maand zou moeten gebeuren blijft een grote onzekere factor op de tarwemarkt. Volgende week is het een jaar geleden dat de Russische troepen de Oekraïense grens overstaken en met een mogelijke nieuwe opleving van het geweld rond dit macabere jubileum zou de graandeal weleens kunnen sneuvelen. Het is volgens analisten wel lastig in te schatten wat de gevolgen op de fysieke handel zullen zijn. Rusland heeft een royale tarwevoorraad na een goede oogst afgelopen seizoen. Die grote voorraad houdt het deksel op het moment op de markt.
Rusland heeft echter moeite kopers voor dat graan te vinden. De graan- en kunstmesthandel is buiten de westerse sancties gehouden, maar reders zijn voorzichtig met het uitvoeren van opdrachten voor Russische klanten en banken durven amper het betaalverkeer van en naar Rusland te verzorgen uit angst onbewust toch de westerse sancties te schenden. Door de oorlog in Oekraïne zijn verschillende grote afnemers van Russische tarwe schrokken van de gevolgen die het kan hebben wanneer je voor een groot deel van je voedselvoorziening afhankelijk bent van één leverancier. Egypte probeert daarom bijvoorbeeld verwoed te diversifiëren in leveranciers. Dat wil overigens nog niet erg lukken in de huidige markt.
Sterke fysieke noteringen
Dat beeld dat het op de fysieke markt nog niet overhoudt met het aanbod komt in zekere zin ook wel naar voren op de Nederlandse regionale beurzen. De notering van voertarwe in Rotterdam staat deze week op €308 per ton. Dat is de prijs die afnemers betalen voor tarwe. De andere noteringen zijn de telersprijzen en die liggen logischerwijs wat lager aangezien een teler doorgaans via tussenhandel aan de verwerker levert.
In de soja- en maïshandel is het Zuid-Amerika dat de klok slaat. Maar ook hier hebben handelaren en analisten moeite om de tegenstrijdige ontwikkelen op waarde te schatten en op de markt in te prijzen. Voor Brazilië wordt een grote oogst verwacht en dat heeft een prijsdempend effect. De oogst loopt echter dan weer niet zo voorspoedig door buien en dat heeft dan weer gevolgen voor de kwaliteit en opbrengst van soja en de potentiële opbrengst van de volgteelt maïs die in Brazilië na soja wordt gezaaid. Marktbureau AgRural verlaagde de verwachte sojaoogst in Brazilië met 2 miljoen ton naar 150,9 miljoen ton. Dat is overigens nog steeds een record. Voor Argentinië heeft de graanbeurs van Buenos Aires de opbrengst prognose deze week verder verlaagd naar 38 miljoen ton. Argentinië kampt met het droogste seizoen in zestig jaar. Volgens de graanbeurs van Buenos Aires steekt er nu een ijskoude poolwind op die het kwik tot ver beneden normale temperaturen voor deze tijd van het jaar brengt, lokaal zelfs met vorst aan de grond.
