De palmolieprijs heeft een bewogen week achter de rug en herstelt nu enigszins van een flinke dip. Dit herstel wordt vooral gedreven door hoopgevende signalen over de Chinese economie, waar de coronalockdown iets wordt versoepeld.
In de voorbije week daalde de futuresnotering in Maleisië tot omgerekend zo'n $680 dollar, een niveau dat sinds november 2020 niet meer was bereikt, al was het zeker geen historisch dieptepunt. De notering in Rotterdam zakte tegelijkertijd naar $885 per ton.
China zorgt voor wending
Oorzaak waren zorgen over overaanvoer (de beschikbaarheid van product is groot midden in het oogstseizoen) en slechte verwachtingen vanuit China. Nieuws over versoepelingen van de lockdown in China deden de verwachtingen keren. Ook realiseerde de markt zich dat het niet allemaal slecht is voor palmolie. Zo heeft India in de voorbije maand ruim 21% meer palmolie gekocht vanuit Indonesië en Maleisië, in totaal 270.000 ton. Simpelweg omdat dit verreweg de goedkoopste eetbare oliesoort is die beschikbaar is in de markt. Soja-olie is (geleverd in India) zo'n $300 per ton duurder, aldus de Indiase minister van handel. Ook zonnebloemolie is veel duurder.
Inmiddels is de prijs flink hersteld. Zowel op de termijnbeurs in Maleisië als bij de Rotterdamse handelsnotering is er al weer zo'n $100 dollar per ton bij de prijs op gekomen.
Imagozorgen terug
Toch blijft palmolie een qua prijs kwetsbaar product. Nu er weer volop eetbare olie op de markt is, beginnen kopers zich ook weer meer zorgen te maken over zaken als duurzaamheid en arbeidsomstandigheden. Vanwege zorgen daarover heeft Nestlé besloten om per eind 2022 geen product meer af te nemen van de Indonesische palmoliereus AAL (Astra Agro Lestar), omdat die bescherming van het oerwoud, zorg om milieu en arbeidsomstandiogheden aan zijn laars zou lappen.